Wekelijks delen vier bekende Deventenaren met rood gele roots, hun visie op Go Ahead Eagles en meer. Robert Heukels, Gerard Somer, Erdal Ascipinar en Jan-Willem van Dop (en af en toe Roy Beumer 😉)wisselen elkaar wekelijks af met een eigen column over hun cluppie. Vandaag dus de beurt aan Robert Heukels…
Nauber Degradeert Niet
De bal vloog hoog over het doel. En verdween in het niets. Op de gezichten gelatenheid. Dit was weer zo’n avond. Keuken Kampioen Divisie. Troosteloos; Jong AZ-uit in striemende regen en woeste wind. Ik keek naar de koppies van de NAC’ers en dacht: gek toch, vrij veel bekende gezichten, jongens die al jaren dromen van de eredivisie en volle stadions, jongens die hunkeren naar groei en erkenning, maar het moeras van de KKD met al die onpeilbare tegenstanders, de armoedig fluitende arbiters en de onwetende commentatoren zuigt zich aan je vast en zuigt het leven uit je. Het moeras is Voldemort, het moeras is een monster. Kom er maar eens uit.
Het zou goed zijn geweest als de mannen van Kowet massaal met me mee hadden gekeken afgelopen maandagavond, o God, ook dat nog ja, maan-dag-a-vond! Brrr. Een betere stimulans is er niet, je voelt aan alles in je hele lijf en leden: DIT NOOIT MEER.
De duivel zit inmiddels op onze hielen en we dansen voor hem uit. Het is nog een hele kunst. Tot voor kort twijfelde ik of wij van roodgeel wel bestand zouden zijn tegen die dans, of het moeras van de maandagvond, lege tribunes, een potje van niks in de polder, zich niet weer aan ons vast zou zuigen. Degradatievoetbal moet je kunnen spelen, het zit in je hoofd, het is een en al mindset, vraag het ze in Venlo, in Breda, Kerkrade, Den Haag, Emmen. Als de paniek arriveert, zie maar eens rustig te blijven en je te focussen op veerkracht, wilskracht en overlevingsdrang.
Voor PEC Zwolle, Fortuna en Sparta is het simpel. Niets meer te verliezen staken ze zichzelf nog een beetje meer in de schulden en soms werkt dat, soms niet, het is net een casino. Een andere trainer kan vaak niets meer dan de vorige, maar soms is zijn aanpak en zijn toon zo verfrissend anders dat de hele boel er van opfleurt, of het dan structureel werkt of tijdelijk, ook die garantie heb je niet.
Mijn kluppie heeft dat casino vermeden, maar wel een beste wintercrisis gehad. Vanaf het moment dat iemand een vals gerucht de wereld in slingerde (Kees van Wonderen gaat naar Groningen!) was het evenwicht weg, daarna kwam veel te vroeg de mededeling dat Kees inderdaad wegging en ook dat leek de club wat uit het lood te slaan. Als je met zo’n laag budget eredivisie speelt, moet alles kloppen, alles deugen en voortdurend een zonnig en gezamenlijk perspectief lonken. Dan helpt het niet als een trainer al zo snel zegt: ik ben er straks niet meer bij. Louis van Gaal deed het ook een keer bij Ajax, dan kon de club lekker de tijd nemen een nieuwe man te vinden. Mooi hoor, maar dat pakte dus niet zo goed uit. Toen hij veel later in zijn carrière AZ verliet hield hij zijn vertrek een tijdlang stil. Pas na het behaalde kampioenschap vertelde hij dat zijn volgende halte Bayern was. Beter.
Zo zijn er veel meer factoren die meespelen in de dans met de duivel. De club Ajax ging destijds slecht om met het naderende vertrek van de trainer. Wij hebben met Alex Kroes en Paul Bosvelt nuchtere mannen die veel ten goede keren door heel kalm te blijven. Ze bouwen stoïcijns door, halen knappe spelers voor volgend seizoen, gunnen Kees zijn nieuwe avonturen en stralen zelfvertrouwen uit. De club heeft met deze mannen onwaarschijnlijk geboft, ze begrijpen dat het fundament steviger en steviger moet zijn, kijken meer naar morgen dan naar gisteren.
En nee, ik denk niet dat ze alleen maar in de roos schieten en ja, ik zie gehaalde spelers die het minder doen dan anderen. Maar wat heel slim en goed is geweest, is dat er al een tijd is geselecteerd op jongens met een goede kop. Gasten die willen. Die uitstralen: nooit meer Keuken Kampioen Divisie. Ze blijven uitstralen dat al dat verliezen in de laatste maanden ze nog geen losers maakt, ze zoeken onophoudelijk de winnaar in zichzelf.
Dat fenomeen werd zondagmiddag (heerlijk man, zondagmiddag half drie) bekrachtigd in Enschede. En het kreeg een naam: de woestheid van Nauber. Door corona hadden we de rots uit Georgsmarienhütte een tijdje moeten missen, maar tegen Twente stond hij gewoon weer een onneembare vesting te zijn. Opbouwen, inspelen, ja, nee, dat is niet echt zijn ding, maar nu de maanden van de waarheid daar zijn, gaan vele clubs nat door een gebrek aan onverzettelijkheid. Blunders en stress stapelen zich op. Dan worden er koele helden gevraagd. Wij hebben hem. Hoe heter het wordt, hoe groter Nauber groeit. Tegen Twente was hij op een gegeven moment zeker drie meter hoog.
In Deventer noemen ze hem liefkozend bij zijn voornaam, Gerrit, of Gait, mij zal je dat nooit horen doen. Niks lievigs aan Nauber. Het zit hem in de ‘au’-klank, dat Duitse, hij is ook geen muur maar een Mauer. Zie die ogen zich vernauwen, die kaken met de stoppels zich verstrakken, zie het pezige lijf, de blik, de toewijding, de concentratie. Daar staat geen man die op maandagavond wil spelen voor een handjevol gekken, daar staat een man die wil overleven op de golven van geluid. Denkend aan Nauber vermoed ik dat hij van Beethoven houdt en keiharde rockmuziek, lief is voor de dieren, heel veel broccoli eet en geen grammetje vet verzamelt. Ik vermoed dat hij in het dagelijkse leven sociaal betrokken goede boeken leest, maar ik heb geen zin het uit te zoeken, ik wil het niet weten, ik houd me vast aan dat beeld, ver in de tweede helft, toen regen, storm, modder en sprintende tegenstanders onze jongens geselden en plots –toen we allemaal dachten dat we alsnog gingen verliezen- een Mauer tot mens werd en met grote woede zijn manschappen tot de orde riep. Waarom hij plots zo boos was, geen idee, maar dit was woede zoals woede bedoeld is, woede die tot verandering leidt. Die blik van Nauber, generaal en soldaat ineen, vertelde ons dat het goed zat. Besmettelijk als het virus kroop de woestheid van Nauber in de ogen van Noppert, Brouwers, Kramer, Kuipers, Martina en al die andere onverzettelijke jongens. Het leuke en lieve, het verrassende en frivole, maar ook het broze en kwetsbare Go Ahead toonde een nieuw gezicht. En dat zei: wij hebben een Mauer en Wij Degraderen Niet.