Wekelijks delen vier bekende Deventenaren met rood gele roots, hun visie op Go Ahead Eagles en meer. Robert Heukels, Gerard Somer, Erdal Ascipinar en Jan Willem van Dop wisselen elkaar wekelijks af met een eigen column over hun cluppie. Vandaag is de laatstgenoemde weer aan de beurt!
Die goede oude tijd
Na mijn vorige bijdrage werd mij op social media door iemand verweten dat ik met de column de “PR-machine van de club verschuif naar een vrijwilligersplatform”. Dat werd door deze (anonieme) lezer als schrijnend ervaren. Daar heb ik eigenlijk maar één reactie op: wat verwacht men dan van mij? Ik ben als algemeen directeur van Go Ahead Eagles gevraagd deze column te schrijven. Het lijkt me logisch dat ik zaken deel die mij bezighouden binnen het voetbal in het algemeen en binnen Go Ahead Eagles in het bijzonder.
Zo ook deze keer. Voor aanvang van de competitie is alle clubs gevraagd om de clubs die Europees spelen, daarvoor de rust te geven om zich in de tijd na een Europese wedstrijd optimaal te kunnen voorbereiden op de volgende competitiewedstrijd. Ofwel: ons werd gevraagd om één thuiswedstrijd dit seizoen op zondag om 20:00 uur te spelen. Dat zou dan gaan om een wedstrijd tegen een ploeg die op donderdag Europees speelt, zou je zeggen. Helaas is men daar toch weer misbruik van gaan maken, want waarom spelen wij aanstaande zondag dan niet thuis tegen Feyenoord, AZ, Vitesse of PSV, maar tegen Fortuna Sittard? Die had gewoon op zondagmiddag gespeeld kunnen worden. De afgelopen week was er overigens ook geen Europees voetbal. Dus kan ik niet anders concluderen dat de bekende vinger is gegeven en de hand is gepakt, al dan niet voor het uitzendschema.
FC Groningen heeft dat afgelopen zondag mogen ervaren. Een dubbel aantal no-shows (bijna 6.000 seizoenkaarthouders en sponsorrelaties zijn niet geweest), 50% minder losse tickets verkocht en € 29.000 minder horeca verkoop. Maar wat mogelijk nog veel kwalijker is: de ploeg miste op het veld een belangrijk deel van de steun van de achterban. En we hebben tegen Heracles Almelo maar weer eens gezien hoe belangrijk die achterban is bij Go Ahead Eagles. Terecht werd er na de twee rode kaarten gesproken van niet alleen de 12e man maar ook nog eens de 10e en de 11e. Wat was die beleving intens. Ik heb dit eerlijk gezegd nog niet eerder meegemaakt. Ik hoop dan ook enorm dat de no-show bij ons meevalt, want we kunnen iedereen gebruiken achter ons.
Dus waarom niet simpel houden: speel je op dinsdag of woensdag Europees dan speel je op zaterdag de competitie en speel je op donderdag Europees dan speel je op zondagmiddag de competitiewedstrijd. Want volgens mij spelen we nog steeds voor de supporters, dus geef die optimaal – ook de jeugd – de mogelijkheid om naar de stadions te komen. Vroeger was de hele speelronde op zondag 14:30 en zat je met het bord op schoot om 19:00 uur naar alle samenvattingen te kijken. Nu weet je vaak niet eens wanneer de rest heeft gespeeld.
Ik moet niet de fout maken door te zeggen dat vroeger alles beter was, want dat is natuurlijk niet zo. Maar soms verlang ik wel eens terug naar die oude tijd. Kijk nu hoe de journalistiek momenteel in elkaar zit: het moet allemaal steeds sneller en sensationeler, want dat scoort kliks en likes… Waarbij negatief nieuws meer dan ooit de boventoon lijkt te voeren.
In mijn tijd bij Feyenoord en FC Utrecht waren de voetbalkranten het AD en de Telegraaf en had je te maken met één vaste landelijke journalist. In mijn geval met Rob Hartog van het AD en Henk Everblij van de Telegraaf. Die waren kritisch, zeker, en dat moet ook. Maar die namen de regel “hoor en wederhoor” altijd in acht. En dat kan je helaas tegenwoordig niet meer zeggen.
In de tijd dat ik nu bij Go Ahead Eagles zit zijn er, met name vanuit de technische kant, diverse aanvaringen geweest met één medium in het bijzonder. Iedere keer probeer je zaken uit te praten, op allerlei mogelijke manieren, maar helaas zonder succes. En het gekke is dat ook nieuwe mensen binnen de organisatie steeds dezelfde ervaring opdoen.
Ik ben van mening dat een journalist altijd kritisch moet zijn, maar waarom worden wij vaak negatief neergezet, terwijl dit niet nodig is? Als 160 clubmensen ruim 4.000 supporters in heel Nederland bezoeken met wedstrijdpakketten, is er geen artikel over te vinden. Gebeurt er ergens iets negatiefs waar ze ons of onze supporters aan kunnen koppelen, dan lees je dat constant terug. Of een ander voorbeeld op sportief vlak: de transfer van Sam Beukema, een voorbeeldige prof die een geweldige transfer maakt. De kop, die natuurlijk niet door de journalist zelf wordt gemaakt, maar later door een aparte afdeling van de krant als smaakmakers, erbij wordt geplaats, zou de lading van het artikel moeten dekken.
In deze in grote letters: “Afdanker Beukema maakt toptransfer”. Hoezo afdanker? Wie verzint dat? Het klopt dat Sam, na het seizoen Stegeman en vanaf seizoen Jack de Gier als amateur is bij de selectie is gebleven, maar kreeg vrij snel een contract aangeboden en heeft zich voorbeeldig in twee jaar tijd ontwikkeld. Groot respect voor deze speler. Maar dan ben je volgens mij geen afdanker, toch? Het is het negatieve een prominente en tendentieuze plek geven op een in feite heel positief moment.
En zo zijn er nog wel meer voorbeelden te noemen. Ik vind dat jammer en denk vaak nog terug aan die oude tijd. En begrijp me goed: ik ben een beginnende ‘columnist’ en wil graag leren, dus mocht je er iets over kwijt willen of een advies hebben dan hoor ik dat natuurlijk graag.
Nu op naar Almere, we hebben er zin in. Fijne wedstrijd.